logo

Pre-operatieve lokalisatie borsttumor m.b.v. een jodiumzaadje



In deze folder vindt u uitleg over het plaatsen van een radioactief jodiumzaadje in uw borst. Dit zaadje geeft precies aan waar het (kwaadaardige) gezwel zich in uw borst bevindt.

Er zijn twee redenen waarom een gezwel gemarkeerd moet worden:

  • Het gezwel in uw borst is niet te voelen. Bij een borstsparende operatie kan de chirurg dan via het zaadje het gezwel vinden en verwijderen.
  • U wordt eerst met chemotherapie behandeld, voordat u geopereerd wordt. De tumor kan hierdoor zover slinken dat deze niet meer te voelen is, waardoor de chirurg niet goed meer weet, wat weg te halen. Het zaadje voorkomt dit.

Als het tumorgebied groot is, kan het nodig zijn dat er twee zaadjes geplaatst moeten worden. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan hier beschreven. De gespecialiseerd verpleegkundige zal u hier dan verder over inlichten.

De gang van zaken

U dient zich voor de behandeling te melden bij de afdeling Radiologie. U ontvangt hiervoor een uitnodiging. De behandeling is poliklinisch en wordt uitgevoerd door een radioloog, geassisteerd door een assistente. De behandeling wordt uitgevoerd onder plaatselijke verdoving; u kunt daarna gewoon naar huis. Als u bloedverdunners gebruikt moeten deze soms in overleg met uw chirurg gestopt worden.

De behandeling

Het zaadje kan op twee manieren ingebracht worden:

  • Met behulp van echografie. Dit kan alleen als het gezwel ook zichtbaar is middels echografie.
  • Met behulp van mammografie, wanneer een gezwel alleen op een röntgenfoto zichtbaar is.

Als het zaadje echografisch ingebracht kan worden, zoekt de radioloog het gezwel middels echografie op. Op de plaats waar het zaadje ingebracht wordt, wordt de huid verdoofd. Onder zicht van de echo, wordt via een holle naald het zaadje in het gezwel geplaatst. Als het zaadje met behulp van mammografie ingebracht moet worden, wordt eerst een nieuwe borstfoto gemaakt. De radioloog kan dan met behulp van de computer bepalen waar het zaadje ingebracht moet worden. U blijft met uw borst in het mammografie apparaat zitten. De insteekplaats wordt verdoofd en vervolgens brengt de radioloog met een holle naald het zaadje op de juiste plaats in.

Na beide methoden worden altijd twee röntgenfoto’s gemaakt om te zien of het zaadje op de juiste plek zit. Het zaadje kan niet verschuiven. De radioactiviteit is zo zwak dat dit geen gevaar oplevert voor u of uw omgeving. De chirurg kan later tijdens de operatie het zaadje en dus het gezwel terugvinden en verwijderen. Na de operatie wordt er altijd nog een foto van het verwijderde stuk weefsel gemaakt om te controleren of het gezwel met het zaadje daadwerkelijk verwijderd is. In het geval dat u eerst chemotherapie krijgt, vindt de operatie pas na een paar maanden plaats.

De radioactiviteit in het zaadje neemt langzaam af, maar blijft tot een half jaar na plaatsing goed waarneembaar voor de chirurg.

Complicaties

Ter plaatse van de insteekplaats kan een blauwe plek ontstaan. Deze verdwijnt vanzelf weer. U kunt dit beperken door na de behandeling thuis de borst te koelen met een coldpack. In geval van pijn kunt u paracetamol slikken. Ondanks de lokale verdoving kan de behandeling toch nog pijnlijk zijn. U kunt dit verlichten door thuis, een uur voor de behandeling al twee paracetamols te slikken. In zeldzame gevallen kan er een ontsteking ontstaan. Dit gebeurt meestal pas na een paar dagen. De borst wordt dan rood, met name bij de intreeplaats en er treedt zwelling op. Er kan ook koorts ontstaan. Bij roodheid en/of koorts dient u altijd contact op te nemen met de gespecialiseerd verleegkundige of uw chirurg.

Tot slot

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neem dan contact op met de polikliniek chirurgie.

    

Contact


Polikliniek Chirurgie

Locatie Helmond
T: 0492 – 59 59 61

Locatie Deurne
T: 0493 – 32 89 21

Afdeling Radiologie

Locatie Helmond
T: 0492 – 59 56 04 

Locatie Deurne
T: 0493 – 32 88 79 


© 2024 Elkerliek ziekenhuis
CHI-43795
Laatst bewerkt: 9-9-2024