Na een operatie aan de endeldarm of dikke darm (waaraan soms ook bestraling en/of chemotherapie vooraf is gegaan) kunt u last hebben van klachten die te maken hebben met het LAR syndroom. In deze folder leest u meer over deze klachten en wat de behandelopties zijn. Ook krijgt u tips en adviezen die u zelf al kan toepassen om de klachten te verminderen.
Het LAR syndroom is een verzamelnaam voor klachten die kunnen ontstaan na een endeldarmoperatie. Soms is hier ook bestraling en/of chemotherapie aan voorafgegaan. LAR staat voor Low Anterior Resectie.
De endeldarm is een soort reservoir dat signalen afgeeft als de darm vol is. Het verwijderen van de hele of een gedeelte van de endeldarm verstoort die signaalfunctie, waardoor het gevoel van aandrang verandert of verdwijnt. Ook bevindt zich een netwerk van zenuwen rondom de endeldarm die zorgt dat de signaalfunctie in stand blijft. Door een operatie en/of bestraling kan dit netwerk van hele fijne zenuwen beschadigd raken en hierdoor kan ook de signaalfunctie veranderen of verdwijnen. Ook kan de kringspier minder goed werken door een operatie of bestraling. Met name bij vrouwen geeft dit sneller problemen, omdat als gevolg van een bevalling de kringspier al minder goed kan functioneren. Wanneer er dan nog een operatie of bestraling volgt, kan het zijn dat deze functie net niet meer voldoende is. Wat verder meespeelt in de ernst van de klachten is de ruimte tussen kringspier en nieuwe aansluiting van de darm. Dat wil zeggen: hoe dichter de nieuwe aansluiting bij de kringspier is, hoe heviger de klachten nadien. Het gevolg van deze veranderingen kan ernstige klachten veroorzaken, waaronder ongewild verlies van ontlasting of het laten van windjes.
Ongeveer 3 tot 6 maanden na de operatie worden de klachten langzaam minder. Het herstel duurt maximaal 2 jaar, dan is er een soort 'eindstadium' bereikt en is er geen spontane verbetering meer te verwachten. Het ontlastingspatroon wordt meestal nooit meer zoals het voor de operatie was. Na een endeldarmoperatie is het normaal als u 3 tot 7 keer per 24 uur ontlasting heeft. Ongeveer een derde van de mensen heeft in meerdere mate last van bovenstaande klachten na een endeldarmoperatie.
Naast de gestoorde ontlasting, kan er na endeldarmoperatie een stoornis ontstaan van zowel de blaaslediging als van de seksuele functies (zowel bij de man als bij de vrouw).
Door het bijhouden van een dagboek of scorelijsten krijgen we goed inzicht in de mate van klachten. Ook kunnen we later bekijken of u minder klachten hebt als we de behandeling aanpassen.
We adviseren u om de eerste 6 maanden, elke maand de LARS-score en de Bristol ontlastingsschaal bij te houden.
Gezonde vezelrijke voeding
Voedingsvezels zijn ruwe plantenvezels, die voorkomen in de celwand van plantaardige producten. Deze stof is voor ons lichaam onverteerbaar, maar zeer belangrijk voor een goede werking van de dikke darm. Voedingsvezels hebben de eigenschap om water op te nemen en vast te houden, waardoor de ontlasting wat vaster en volumineuzer wordt. Voedingsvezels komen voor in plantaardige producten zoals volkorenbrood, roggebrood, fruit en groente, rauwkost, aardappelen en (zilvervlies)rijst. De aanbevolen hoeveelheid voedingsvezels is ongeveer 30-40 gram per dag.
Lijst van vezelrijke voedingsmiddelen
Hieronder vindt u een lijst met vezelrijke voedingsmiddelen. Als u niet gewend bent om vezelrijk te eten, is het belangrijk dat u deze voedingsmiddelen geleidelijk invoert in uw voedingsgewoonte. Uw darmen moeten wennen aan deze voedingsmiddelen. In het begin kan er meer gasvorming optreden. Kijk op www.vezeltest.info om te kijken of u dagelijks voldoende vezels eet. Eet u te weinig vezels? Probeer meer vezelrijke voedingsmiddelen te gebruiken. Meer informatie over vezelrijke voeding kunt u vinden op www.spijsvertering.info
Vezelgehalte (gram)
1 snee wit brood | 1 gram |
1 snee bruin brood | 2 gram |
1 snee volkoren brood | 2 gram |
1 snee licht roggebrood | 2 gram |
1 snee donker roggebrood | 3 gram |
1 volkoren beschuit | 1 gram |
1 plak ontbijtkoek | 1 gram |
1 knäckebröd | 1 gram |
1 vezelrijke knäckebröd | 2 gram |
1 appel met of zonder schil | 3 gram |
1 portie fruit, geen citrus, gemiddeld | 4 gram |
1 portie fruit citrus | gemiddeld 2 gram |
1 schaaltje gedroogde geweekte Zuidvruchten | 8 gram |
1 kleine aardappel | 2 gram |
1 groentelepel groente | 1 gram |
1 groentelepel rauwkost | 1 gram |
1 groentelepel rijst | 1 gram |
1 gram zilvervliesrijst | 1 gram |
1 eetlepel brinta | gram |
1 eetlepel muesli | 1 gram |
Toiletgedrag
Wanneer u aandrang voelt, gaat u naar het toilet. Op dat moment komt de ontlasting het makkelijkst. Vaak voelt u aandrang na de maaltijd. Bij een langere periode van obstipatie is het lastiger om aandrang te voelen. Wie de aandrang vaak onderdrukt, voelt het na verloop van tijd niet meer. Neem voldoende tijd om naar het toilet te gaan. Blijf echter niet overmatig lang zitten. Dit kan weer andere klachten veroorzaken zoals aambeien. Komt de ontlasting niet, dan kunt u proberen dit te stimuleren door rustig in en uit te ademen. Dit kunt u ondersteunen door uw bekken een aantal keren voor- en achterover te kantelen. Tijdens het voorover kantelen ademt u in, bij het achterover kantelen ademt u uit. Komt de ontlasting nu nog niet, dan kunt u beter van het toilet af gaan en enkele minuten intensief bewegen, bijvoorbeeld springen, traplopen of wandelen. De aandrang kan hierdoor toenemen waardoor u de ontlasting mogelijk wel kunt lozen. Probeer deze adviezen altijd te volgen, ook wanneer het erg moeilijk gaat.
Een goede toilethouding bij het ontlasten
Ga met een iets gebogen rug op het toilet zitten. Zet de voeten plat op de grond en houd de knieën iets uit elkaar. Zorg dat kleding niet halverwege de benen hangt, maar goed op de enkels rust. De knieën moeten iets omhoog komen. Het kan noodzakelijk zijn om een krukje onder de voeten te plaatsen, vooral bij een verhoogd toilet of bij mensen die wat kleiner zijn of kortere benen hebben.
Naast leefstijladviezen zijn er verschillende behandelopties die de arts of verpleegkundige met u kunt bespreken:
Heeft u vragen of opmerkingen, neem dan contact op met uw casemanager colon care/stoma verpleegkundige of medisch specialist.
Bent u wel eens in de situatie geweest dat u geen controle had over het laten van windjes?
☐ Nee, nooit | 0 |
☐ Ja, minder dan 1 keer per week | 4 |
☐ Ja, minstens 1 keer per week | 7 |
Bent u wel eens in de situatie geweest dat u dunne ontlasting niet kon ophouden?
☐ Nee, nooit | 0 |
☐ Ja, wel eens, dat wil zeggen minder dan eenmaal per week | 3 |
☐ Ja, vaak, dat wil zeggen minstens eenmaal per week | 3 |
Hoe vaak gaat u per dag naar het toilet voor ontlasting?
☐ Meer dan 7 keer per dag (24 uur) | 4 |
☐ 4-7 keer per dag (24 uur) | 2 |
☐ 1-3 keer per dag (24 uur) | 0 |
☐ Minder dan 1 keer per dag (24 uur) | 5 |
Moet u wel eens binnen het uur opnieuw naar het toilet voor ontlasting?
☐ Nee, nooit | 0 |
☐ Ja, minder dan 1 keer per week | 9 |
☐ Ja, minstens 1 keer per week | 11 |
Heeft u wel eens zo’n sterke aandrang voor ontlasting dat u zich naar het toilet moet haasten?
☐ Nee, nooit | 0 |
☐ Ja, minder dan 1 keer per week | 11 |
☐ Ja, minstens 1 keer per week | 16 |
Totaalscore: |
Interpretatie
0-20: geen LARS
21-29: lage LARS (minor LARS)
30-42: hoge LARS (major LARS)
The Bristol schaal
T: 0492 – 59 51 77
Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 9.00 tot 16.00 uur
Woensdag van 13.00 tot 16.00 uur
E: casemanagercoloncare@elkerliek.nl
Telefonisch spreekuur
T: 0492 – 59 51 77
maandag t/m vrijdag van 13.00 – 13.30 uur
Copyright 2024 Elkerliek
Deze website maakt gebruik van cookies.