Wanneer tanden en/of kiezen verloren zijn gegaan, kan de mogelijkheid van implantatie worden overwogen. In deze folder leest u meer over de behandeling met implantaten.
Het aanbrengen van implantaten als pijlers voor de tandvervanging, komt het dichtst in de buurt van de verankering van de natuurlijke tand. Laat echter wel duidelijk zijn dat er geen gelijkwaardige vervanging bestaat voor uw eigen gebit. Mooie gebitsprothesen en technisch perfecte implantaten zijn slechts een alternatief.
Implantaten maken het mogelijk om zonder problemen te eten, te praten en te lachen. Wel moet worden benadrukt, dat voor een langdurig succes van een implantaat een behoorlijke dosis zelfdiscipline vereist is. Alleen patiënten die een uitgebreide mondhygiëne serieus nemen en ook iedere dag uitvoeren, kunnen met implantatie geholpen worden.
Een implantaat is een kunstmatig voorwerp dat in een levend weefsel wordt geïmplanteerd. In het Elkerliek ziekenhuis worden schroefvormige implantaten van titanium toegepast. Deze implantaten zijn ongeveer net zo groot als een natuurlijke tandwortel. Het is de bedoeling dat deze implantaten de functies overnemen die de natuurlijke tanden voor die tijd hadden.
Titanium, een edel metaal, is een van de beste stoffen voor het vervaardigen van implantaten. Daarom komt het gebruik in de moderne geneeskunde zeer regelmatig voor (bijvoorbeeld bij botplaten en schroeven, pacemakers, kunstgewrichten, enzovoorts). Titanium wordt door het menselijk lichaam volledig geaccepteerd. Dat wil zeggen dat het normaal gesproken niet door het lichaam wordt afgestoten.
Er zijn verschillende indicaties:
De tandenloze onder- of bovenkaak, waarop een normale, goed gemaakte gebitsprothese geen houvast meer heeft. Dit wordt veroorzaakt doordat de kaken (vooral de onderkaak) gaan slinken vanaf het moment dat de eigen tanden en kiezen zijn verwijderd. Het houvast en de stabiliteit van een prothese kan dan sterk worden verbeterd door deze met bijvoorbeeld clips te laten vastklikken op een verbindingsstaaf tussen twee of soms vier of zes implantaten: de zogenaamde ‘overkappingsprothese’. Dit is de meest voorkomende toepassing van implantatie. Als de laatste tanden of kiezen kort geleden verloren zijn gegaan, verandert de kaak de eerste maanden sterk van vorm. Soms wordt daarom besloten om eerst een nieuwe gebitsprothese te vervaardigen van optimale kwaliteit. Hierna worden de resultaten van deze behandeling afgewacht om na enige tijd de noodzaak van plaatsing van implantaten opnieuw te bekijken.
Een alternatief voor de overkappinsprothese is de zogenaamde vaste-brugconstructie. Een niet uitneembare vaste brug wordt dan vervaardigd op vier tot zes implantaten. Deze oplossing benadert het beste de situatie van het eigen natuurlijke gebit, maar is tevens zeer kostbaar.
Als één of meerdere tanden niet aanwezig zijn of door een ongeval verloren zijn gegaan, kan in deze tussenruimte een implantaat geplaatst worden. Dit is de zogenaamde ‘solitaire tandvervanging’. Op dit implantaat wordt de tandvervanging, in dit geval een enkele kroon of een brug, vastgezet. Deze behandeling biedt het grote voordeel dat de buurelementen onaangetast blijven.
Implantatie is niet mogelijk als de hoeveelheid kaakbot onvoldoende is. De kaakchirurg zal daarvoor onderzoek doen, onder andere met behulp van röntgenfoto’s. Ook zal men niet implanteren als de patiënt niet bereid of in staat is eventuele natuurlijke tanden en implantaten perfect schoon te houden.
Patiënten die ernstige problemen hebben met de gezondheid of afhankelijk zijn van medicijnen, alcohol, roken, drugs, enzovoorts behoren tot een risicogroep. In deze gevallen zal een nauwkeurig vooronderzoek gedaan moeten worden en moet soms van implantatie worden afgezien.
De gehele behandelprocedure verloopt in fasen:
1. Het onderzoek
De kaakchirurg en de tandarts die de prothetische voorziening zal maken, zullen de weefsels van de mond onderzoeken en röntgenfoto’s van de kaken maken. U wordt gevraagd zo nauwkeurig mogelijk uw tandheelkundige problemen te vertellen. De kaakchirurg zal in overleg met de tandarts (en eventueel ook met de adviserend tandarts van uw zorgverzekeraar) beoordelen of implantaten voor u de meest geschikte oplossing zijn.
2. De voorbereiding
Als besloten is om te implanteren kan het nodig zijn dat u eerst naar de tandarts moet om enkele voorbereidingen te treffen die nodig zijn voor de daadwerkelijke implantatie en voor de toekomstige prothese.
3. De implantatie
Deze ingreep kan onder plaatselijke verdoving geschieden. Nadat een snede in het tandvlees is gemaakt, worden gaatjes in het bot geboord. Hierin worden de titanium implantaten vastgeschroefd. Het aantal implantaten wordt van tevoren bepaald, maar hangt ook af van de hoeveelheid en de vorm van het aanwezige bot. Het tandvlees wordt over de implantaten dicht gehecht. Na afloop van deze behandeling gaat u gewoon naar huis. Het genezingsproces kan nu beginnen. De nabezwaren zijn gering en indien er napijn optreedt, dan is deze te onderdrukken met een eenvoudige pijnstiller.
Meestal kan bij prothesedragers het gebit, na aanpassing, weer worden gedragen. Soms kan de prothese niet direct worden gedragen. Deze wordt dan na een à twee weken aangepast.
4. Koelen met ijs
Om het ontstaan van zwelling van de wang zoveel mogelijk tegen te gaan, mag u zo snel mogelijk na de ingreep de wang koelen met ijs. Neem hiervoor een coldpack of een washandje met daarin een plastic zakje gevuld met ijsblokjes. Houd dit tegen de wang. Koel minimaal anderhalf uur (afwisselend een kwartier erop en vijf minuten eraf).
5. De ingroeifase
Het kaakbot groeit tegen de implantaten aan. Dit duurt twee tot zes maanden afhankelijk van de positie van de implantaten en de botkwaliteit. In de onderkaak gaat de inheling doorgaans sneller dan in de bovenkaak. De gebitsprothese of een noodvoorziening kan meestal gewoon worden gedragen.
6. Het plaatsen van de implantaatopbouw (indien door de kaakchirurg aangegeven)
Na de ingroeiperiode wordt, weer onder plaatselijke verdoving, direct boven het implantaat een klein stukje tandvlees verwijderd. Op ieder implantaat worden dan opbouwen vastgezet, die ook van titanium zijn gemaakt en die ter plaatse door het tandvlees heen steken. Zo mogelijk kan bij prothesedragers de oude gebitsprothese aangepast worden, zodat deze weer gedragen kan worden. Zodra de datum van deze behandeling bekend is, dient u aansluitend bij uw tandarts de vervolgafspraken vast te leggen.
7. Het vervaardigen van de prothetische voorziening
Uw eigen tandarts zal vaak de prothetische voorziening op de implantaten maken. Of u krijgt hiervoor een afspraak bij onze tandarts in Deurne. Enkele weken na het plaatsen van de opbouwen kan de tandarts beginnen met het vervaardigen van de nieuwe prothese, kroon of brug. Hiervoor moet diverse malen de tandarts bezocht worden. De procedure hiervoor is ongeveer hetzelfde als voor een normale prothese, kroon of brug.
8. De controlefase
Ongeveer 3 maanden na de behandeling vindt controle bij de kaakchirurg plaats. Het schoonhouden van de implantaten en de opbouw is essentieel en u zult hierin worden bijgestaan door de mondhygiëniste. Omdat de implantaten kunnen worden vergeleken met eigen tanden en daarom hetzelfde onderhoud behoeven, is het noodzakelijk dat u voor periodieke (halfjaarlijkse) controles naar de eigen tandarts gaat.
Internationale gegevens uit diverse klinieken laten een hoog succespercentage zien op lange termijn; meer dan 95% succes voor de onderkaak en meer dan 90% voor de bovenkaak. In 5 tot 10% van de gevallen kan er dus sprake zijn van een mislukking. Het implantaat gaat los zitten en kan de tandvervanging niet langer dragen. In deze gevallen kan het implantaat meestal eenvoudig verwijderd worden. Het ontstane gaatje geneest normaal. Meestal kan na ongeveer een half jaar een nieuw implantaat worden geplaatst. Een vaste-brugconstructie kan meestal gewoon in functie blijven als een van de implantaatpijlers zou moeten worden verwijderd.
De patiënt is mede verantwoordelijk voor het slagen van de implantatie. Een perfecte mondhygiëne en gezondheid zijn noodzakelijk om tandvleesontstekingen te voorkomen. Daarnaast is roken heel ongunstig voor de implantaatbehandeling. Alleen dan mag een langdurig succes verwacht worden.
informatie over de verzorging van implantaten vindt u in de folder ‘Mondhygiëne bij implantaten’.
Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neem dan contact op met de polikliniek Kaakchirurgie.
Locatie Helmond
T: 0492 – 59 59 51
Locatie Deurne
T: 0493 – 32 89 11
Copyright 2024 Elkerliek
Deze website maakt gebruik van cookies.