Blaashalsincisie

Print

Onderzoek heeft aangetoond dat u een vernauwing van de blaasuitgang (blaashals) heeft. In overleg met uw uroloog is afgesproken dat u geopereerd zal worden, waarbij deze vernauwing wordt opgeheven. Voor deze behandeling wordt u een dag opgenomen in het ziekenhuis.

Blaashalsincisie

U heeft last van een vernauwing van de blaashals. De operatie die nodig is om dit te verhelpen heet blaashalsincisie. Incisie betekent dat er een snede wordt gemaakt in de blaashals. De uroloog voert de operatie uit via de plasbuis. 

Afspraak polikliniek Anesthesiologie

Wanneer u wordt geopereerd, krijgt u voorafgaand aan uw opname een afspraak bij de polikliniek Anesthesiologen. De anesthesioloog bespreekt met u de verschillende vormen van anesthesie en welke bij u wordt toegepast. Ook wordt aangegeven welke medicijnen u wel en welke u niet mag gebruiken. Meer informatie leest u in de folder ‘Anesthesie’. 

Voorbereiding thuis

Wanneer u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, is afgesproken wanneer u met deze medicatie moet stoppen. Zorg voor begeleiding en vervoer na de ingreep.

Voorbereiding thuis op de dag van operatie

Belangrijk

Voor deze behandeling, ingreep of onderzoek dient u nuchter te blijven. Dit betekent dat u vanaf zes uur voor de opname:

• niets meer mag eten.
• niets meer mag drinken (u mag tot 2 uur voor de opname alleen nog een beetje water drinken).
• niet meer mag roken.

Voorbeelden:

• Als u om 08.00 uur wordt opgenomen, mag u vanaf 02.00 uur ’s nachts niets meer eten en niet meer roken. U mag tussen 02.00 en 06.00 uur alleen nog een beetje water drinken.
• Als u om 14.00 uur wordt opgenomen, mag u vanaf 08.00 uur niets meer eten en niet meer roken. U mag tussen 08.00 en 12.00 uur alleen nog een beetje water drinken.

Als u zich hier niet aan houdt, loopt u het risico dat tijdens de operatie maaginhoud in uw longen komt en dat kan levensgevaarlijk zijn.

Dus niet nuchter zijn betekent altijd dat de operatie moet worden uitgesteld.

Op de afdeling

Bij aankomst op de afdeling wordt u ontvangen door een verpleegkundige. Zij maakt u wegwijs op de afdeling, beantwoordt eventuele vragen beantwoorden en bereidt u voor op de operatie. .

De operatie

Tijdens de operatie ligt u met uw benen opgetrokken in beensteunen. De uroloog brengt een kijkinstrument in de plasbuis. Dit is een hol buisje waardoor instrumenten kunnen worden ingebracht. De uroloog bekijkt de blaas en maakt 1 of 2 sneetjes in de blaashals waardoor deze wijder wordt. Met een metalen haakje dat de uroloog van buitenaf bedient, wordt de snede gemaakt en de wond dicht gebrand. Tenslotte wordt een blaaskatheter ingebracht om de urine onbelemmerd te laten afvloeien. De katheter is nodig om de operatiewond rust te geven en eventuele bloedstolsels weg te spoelen.

Na de operatie

Na de operatie gaat u naar de verkoeverkamer. Wanneer u goed wakker bent, wordt u naar de verpleegafdeling gebracht. De verpleegkundige voert de nodige controles bij u uit. U heeft een infuus in uw arm. Het is belangrijk om goed te drinken zolang de urine bloederig is, minimaal twee liter per dag. Ook heeft u een blaaskatheter. Dit is een slangetje via de plasbuis dat ervoor zorgt dat de urine uit de blaas kan lopen. U hoeft dan niet zelf te plassen. Deze wordt daags na de operatie verwijderd. 

Ontslag

Als u naar huis gaat, krijgt u een controle afspraak mee.

Weer thuis

• De urine kan nog wat bloederig zijn en het plassen kan branderig aanvoelen. Dit kan soms enige dagen aanhouden. Zolang uw urine nog wat bloederig is, is het belangrijk om veel te drinken, minimaal 2 liter per dag.
• Indien uw urine erg bloederig is en u bent ongerust daarover, kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met de polikliniek van de urologen. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de afdeling Spoedeisende hulp.
• De uroloog spreekt met u af wanneer u weer mag beginnen met de bloedverdunnende medicijnen, meestal is dit als de urine 3 dagen helder is.
• Bij een blaashalsincisie bij de man kan het voorkomen dat bij de zaadlozing het sperma in de blaas terecht komt. Dit kan absoluut geen kwaad, u plast het gewoon uit. Het beleven van een orgasme blijft hetzelfde.

Belangrijk

Wij adviseren om in de onderstaande gevallen contact op te nemen met het ziekenhuis:

• Koorts (38,5⁰C of hoger)
• Als u ernstige brandende pijn heeft tijdens het plassen.
• Als u niet meer kunt plassen.

Tijdens kantooruren belt u met de polikliniek Urologie, telefoonnummer 0492 – 59 59 50 (kies optie 2). Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de afdeling spoedeisende hulp, telefoonnummer 0492 – 59 55 71.

Tot slot

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neem dan gerust contact op met de polikliniek Urologie, telefoonnummer 0492 - 59 59 50 (kies: optie 2).

---