Uw orthopedisch chirurg heeft met u besproken dat u binnenkort een knieoperatie ondergaat. Tijdens deze operatie wordt uw beschadigde kniegewricht of een deel daarvan vervangen door een kunstgewricht (‘prothese’). In deze folder informeren wij u over de ingreep.
Het kniegewricht bestaat uit drie botdelen, het scheenbeen het dijbeen en de knieschijf. Het gewricht kan bij het lopen en bewegen soepel scharnieren (bewegen), omdat er op de uiteinden van boven- en onderbeen een laag kraakbeen zit. Deze kraakbeenlaag is elastisch en kan schokken en stoten opvangen. Als een kniegewricht ernstig beschadigd of versleten is, is vervanging van het gewricht door een knieprothese vaak de enige oplossing.
Er zijn verschillende afwijkingen die slijtage van het kniegewricht kunnen veroorzaken zoals:
Reumapatiënten hebben vaak knieproblemen omdat reuma het kraakbeen aantast. Het kniegewricht kan zo ernstig beschadigd zijn, dat vervanging door een knieprothese noodzakelijk is.
Bij een beschadigde of versleten knie treedt pijn meestal op bij (trap)lopen en lang staan. Ook startpijn komt voor. Fietsen levert doorgaans de minste klachten op. Verder wordt het gewricht steeds stijver. Soms heeft de stand van het been (O-of X-been) ook invloed op de slijtage. Pijn is vaak de voornaamste reden voor een operatie. Omdat een kunstgewricht (prothese) geen onbeperkte levensduur heeft, wordt de operatie bij jonge patiënten meestal zo lang mogelijk uitgesteld. De ernst van de aandoening wordt vastgesteld door lichamelijk onderzoek, röntgenfoto’s en eventueel met een kijkoperatie.
Er zijn twee typen knieprotheses:
De operatie is geen kleinigheid. Het herstel vraagt veel wilskracht en inspanning van de patiënt en zijn familieleden. Door een goede voorbereiding kunt u zich onnodige spanningen en teleurstellingen besparen.
Voorafgaand aan uw ziekenhuisopname kunt u zelf alvast een aantal dingen regelen:
Wanneer u mogelijk na ontslag uit het ziekenhuis verpleegkundige en/of huishoudelijke hulp nodig heeft, kunt u dat aangeven tijdens uw afspraak op de polikliniek Anesthesie. Dan kan er een gesprekje plaatsvinden met de transferverpleegkundige.
Het adres van de thuiszorgwinkel is Kanaaldijk Noordoost 18, 5701 SB Helmond, telefoonnummer 088 – 007 11 00. Meer informatie vindt u op www.medicurazorgwinkel.nl.
Let op: neem altijd een legitimatiebewijs mee.
Wanneer u wordt geopereerd, krijgt u voorafgaand aan uw opname een afspraak bij de polikliniek Anesthesie. De anesthesioloog bespreekt met u de verschillende vormen van anesthesie en welke bij u wordt toegepast. Ook wordt aangegeven welke medicijnen u wel en welke u niet mag gebruiken. Meer informatie leest u in de folder ‘Anesthesie’.
Bij elke operatie bestaat er een risico op een wondinfectie. Deze wondinfectie kan bij een (vaat)prothese ernstige gevolgen hebben. Uit een uitgebreid onderzoek is gebleken dat er veel wondinfecties ontstaan door de staphylococcus aureus-bacterie die de patiënt zelf bij zich draagt. Een eenvoudige behandeling kan het risico op wondinfecties verminderen. Daarom moet u zich vanaf 4 dagen voor de operatie wassen met speciale zeep en neuszalf smeren. Meer informatie vindt u in de folder ‘Vermindering van wondinfecties’.
Dit is een vragenlijst waarin u zelf een oordeel kunt geven over uw functioneren of gezondheid. Dit willen de orthopeden graag weten en daarom wordt u gevraagd om een vragenlijst in te vullen voorafgaand aan de operatie en twee keer na de operatie.
Met behulp van deze bijeenkomst informeren wij u over de operatie, zodat u goed bent voorbereid. Ook zal u onder begeleiding van de fysiotherapeut vast oefenen met het lopen met een hulpmiddel.
Belangrijk
Voor deze ingreep dient u nuchter te blijven. Dit betekent dat u vanaf zes uur voor de opname:
Neem medicatie die u thuis gebruikt in originele doosjes mee.
Tijdens de operatie maakt de orthopedisch chirurg een verticale snee over de voorkant van de knie. De aangetaste gewrichtsvlakken worden verwijderd. Vervolgens wordt met speciale instrumenten het bot aangepast aan de vorm van de prothese, waardoor een goede verankering mogelijk is. Een kunststof schijf tussen de metalen delen van de prothese zorgt dat het gewricht soepel scharniert. De operatie duurt één à twee uur, afhankelijk van de soort ingreep. Tijdens en ook na de ingreep krijgt u antibiotica om de kans op infectie te verkleinen.
Na de operatie gaat u naar de uitslaapruimte waar u wordt bewaakt en gecontroleerd. U heeft een infuus. Verder krijgt u medicatie toegediend om de pijn tot een minimum te beperken. Wanneer u goed wakker bent, gaat u terug naar de verpleegafdeling. Soms wordt de urine opgevangen door een blaaskatheter. Dit is een flexibel slangetje dat zorgt dat de urine uit de blaas kan lopen. U krijgt mits u deze niet al gebruikt medicijnen toegediend om trombose te voorkomen. Ook na ontslag uit het ziekenhuis moet u deze nog een aantal weken gebruiken.
Als de verdoving is uitgewerkt komt de fysiotherapeut bij u langs. Er wordt gestart met oefeningen voor het buigen en strekken van de knie. Vaak is dit goed mogelijk door te oefenen op bed of op de bedrand. Wanneer de knie voldoende soepel buigt, start u met lopen onder begeleiding van de fysiotherapeut. Meestal wordt eerst begonnen met een rekje, zodat u kunt wennen aan uw ‘nieuwe knie’. Al snel gaat u oefenen met krukken, omdat u hiermee beter kunt doorlopen. Indien noodzakelijk (bijvoorbeeld als u alleen woont) kunt u ook met een rollator lopen. U mag 50% belast lopen met een loophulpmiddel. Dit wil zeggen dat u de helft van uw gewicht op uw been mag steunen.
De eerste zes weken na de operatie mag u uw geopereerde been nog niet volledig belasten. Daarom moet u deze periode lopen met twee elleboogkrukken, rollator of een ander loophulpmiddel. In overleg met de fysiotherapeut mag u binnenshuis eventueel met één elleboogkruk lopen.
Lopen met twee elleboogkrukken:
Daarna gaat u twee weken met één loopkruk lopen. U houdt de loopkruk dan aan de niet-geopereerde zijde.
Lopen met één elleboogkruk:
U kunt beter meerder malen per dag een kort stukje lopen, dan te lang lopen. Maak dagelijks een aantal keer een korte wandeling om het genezingsproces, de bloedsomloop en de algehele conditie te verbeteren.
Draag buitenshuis op stevige schoenen met een veerkrachtige hak.
Trap oplopen:
Trap aflopen:
U gaat in principe naar huis wanneer de volgende ontslagcriteria zijn bereikt:
Meestal is het ontslag na een tot drie nachten.
Ongeveer twee weken na de operatie komt u op de polikliniek voor wondcontrole en om eventuele hechtingen te laten verwijderen.
Thuis start u met het knierevalidatieprogramma onder begeleiding van een fysiotherapeut. Dit is een individueel aangemeten programma dat vier tot vijf maanden duurt. Men start met het oefenen van buigen en strekken van de knie en het lopen wordt verder uitgebreid. Als dit goed gaat, start u met fietsen op een hometrainer. Door ‘gebruik’ kan het geopereerde been dikker worden. Probeer zwelling zoveel mogelijk te beperken door geregeld uw geopereerde been omhoog te leggen.
U loopt zes weken met krukken en mag in die periode niet zelf deelnemen aan het verkeer (fietsen en autorijden).
Soms kunnen er complicaties optreden, zoals:
Belangrijk:
Neem contact op met uw behandelend arts als:
Tijdens kantooruren neemt u contact op me de polikliniek Orthopedie, telefoonnummer 0492 – 59 59 60. Bij dringende vragen die niet kunnen wachten tot de volgende werkdag, kunt u buiten kantooruren contact opnemen met de Spoedeisende hulp, telefoonnummer 0492 – 59 55 71.
Knieprothesen zijn tegenwoordig van hoogwaardige kwaliteit en er wordt voortdurend gewerkt aan perfectionering. Een knieprothese kan los gaan zitten. Vaak is dan het plaatsen van een nieuwe prothese wel mogelijk. In sommige gevallen leidt een infectie elders in het lichaam tot ernstige infectie rond de prothese.
Na plaatsing van een knieprothese en intensieve revalidatie is de pijn meestal verdwenen en de loopfunctie sterk verbeterd. Meestal kunt u de knie iets verder dan negentig graden (‘haaks’) buigen. Fietsen is daarom meestal wel mogelijk. Het wordt afgeraden de ‘nieuwe knie’ in werk en sport zwaar te belasten. De kans op beschadiging is dan immers groter. De orthopedisch chirurg kan u hierover adviseren.
Het kan zijn dat u na de ingreep bepaalde aanpassingen in huis nodig heeft. Wanneer het om tijdelijke aanpassingen gaat, zoals een verhoogde toiletbril of douchestoel kunt u contact opnemen met de Thuiszorgwinkel. Wanneer het gaat om langdurige noodzakelijke aanpassingen kunt u hiervoor een aanvraag indienen bij uw gemeente.
Mocht u na het lezen van deze folder nog vragen hebben, neem dan contact op met de polikliniek Orthopedie.
Locatie Helmond
T: 0492 – 59 59 60
Locatie Deurne
T: 0493 – 32 89 20
T. 0492 –59 56 20
Copyright 2024 Elkerliek
Deze website maakt gebruik van cookies.