logo

Beroerte (CVA)- informatiegids



Deze informatiegids is ontwikkeld voor mensen en hun naasten die een beroerte (CVA) hebben doorgemaakt. Wij willen u graag zo goed mogelijk begeleiden bij uw ziekteproces: van opname tot ontslag. Door middel van deze informatiegids willen wij u en uw naasten informeren.

Een beroerte is een ingrijpende gebeurtenis en we beseffen dat er in de eerste dagen veel met u gebeurd en er veel informatie wordt gegeven. Deze informatiegids is uw persoonlijke eigendom en bevat informatie die voor u en uw naasten belangrijk is. Uit wetenschappelijk onderzoek komt naar voren dat door therapie, oefeningen, en het opvolgen van adviezen, toegepast direct na het ontstaan van een CVA, complicaties voorkomen worden en het herstel bevorderd wordt.

Wist u dat dat het herstel van een beroerte bevorderd wordt als u dagelijks luistert naar muziek?

Wat is een CVA/ beroerte?

CVA is de medische term voor een beroerte. CVA betekend ‘ongeluk in de bloedvaten van de hersenen’ (Cerebro Vasculair Accident). Dit is in 85% van de gevallen een herseninfarct, maar kan ook een hersenbloeding zijn. Soms krijgt iemand voorafgaand aan een beroerte eerst een TIA (Transient Ischaemic Attack).

In Nederland worden jaarlijks ongeveer 46.000 mensen voor de eerste keer getroffen door een beroerte. Dat aantal stijgt nog steeds jaarlijks. 

Bij u is sprake van:

  • Een TIA (Transient Ischemic Attack)
    Dit is een tijdelijke afsluiting van een bloedvat in de hersenen, veroorzaakt  door een bloedprop. Het bloedstolsel lost weer op daarom duren de klachten vaak maar  een paar minuten. Bij een TIA zijn er geen blijvende gevolgen.
  • Een herseninfarct
    Een herseninfarct ontstaat meestal doordat er een bloedvat wordt afgesloten door een bloedstolsel. Het deel van de hersenen waar het afgesloten bloedvat naartoe loopt, krijgt daardoor te weinig zuurstof en voedingsstoffen en sterft af.
  • Een hersenbloeding
    Bijeen hersenbloeding scheurt of knapt een bloedvat in de hersenen. Het hersenweefsel daaromheen krijgt geen bloed, en dus geen zuurstof en voedingsstoffen en sterft af.

Onderzoeken

Bij een vermoeden van- een CVA kunt u de volgende onderzoeken krijgen:

  • CT-scan van de hersenen
    CT-scan is een soort röntgenfoto om te kijken of er afwijkingen zijn in uw hersenen. Een hersenbloeding is direct zichtbaar als een lichtere plek op de CT-scan. Een infarct is direct na het ontstaan van de klachten niet zichtbaar. CT-scan wordt gemaakt om de juiste behandeling op te starten.

‘Het maken van een CT-scan is bepalend voor de behandeling’

  • MRI-scan van de hersenen
    Soms wordt er een MRI-scan gemaakt, dit is een apparaat dat met behulp van magneetvelden en radiogolven afbeeldingen van de hersenen maakt. Het beeld is vergelijkbaar met een CT-scan maar geeft meer nauwkeurige informatie.
  • Bloedonderzoek
    Op de Spoedeisende hulp wordt bloed afgenomen. Er wordt gecontroleerd op o.a. cholesterol en bloedsuiker.
  • ECG (hartfilmpje)
    Het CVA kan veroorzaakt zijn door een hartritmestoornis. Daarom wordt er een ECG gemaakt. Met behulp van een aantal plakkers op de borst en armen wordt de elektrische activiteit van het hart zichtbaar gemaakt.
  • Monitoring
    Als u een CVA heeft doorgemaakt, wordt de eerste 24 uur (en eventueel langer) uw hartritme, bloeddruk en zuurstofgehalte geobserveerd op de Brain Care Unit (BCU). Hierdoor wordt duidelijk of er sprake is van een onregelmatig hartritme of een te hoge bloeddruk wat een oorzaak kan zijn van een herseninfarct.
  • Duplex Carotiden (echo van de halsvaten)
    Bij een duplex carotiden wordt met behulp van geluidsgolven beelden van de (hals) bloedvaten gemaakt. Daarmee wordt de stroomsnelheid van het bloed in de (hals)bloedvaten gemeten. Een vernauwing of afsluiting van de (hals) bloedvat wordt vastgesteld.

Meer informatie over deze onderzoeken?

  • Vraag de verpleegkundige om informatie.
  • De verpleegkundige geeft u uitleg over de patiënt journey app (behandelapp beroerte).

Medische behandelingen

Medicatie
Uw Neuroloog of Physician Assistent (PA) legt aan u uit welke medicijnen u krijgt en waarom. Bloedverdunnende-, bloeddrukverlagende- en cholesterolverlagende medicijnen zijn daar voorbeelden van. .

Trombolyse
Wanneer er bij u sprake is van een herseninfarct, wordt bekeken of u in aanmerking komt voor trombolyse. Via een infuus krijgt u medicatie toegediend die het bloedstolsel oplost. Deze behandeling moet binnen 4,5 uur na het ontstaan van de eerste uitvalsverschijnselen gestart worden.

Trombectomie
Bij een trombectomie wordt een stolsel verwijderd uit een bloedvat in uw hersenen. Dit gebeurd via een katheterisatiebehandeling in een gespecialiseerd ziekenhuis, Catharina ziekenhuis Eindhoven. Deze behandeling moet binnen 6 uur, na het ontstaan van de eerste uitvalsverschijnselen t.g.v. een herseninfarct, plaatsvinden.

Belangrijk

Bel direct 112 als u klachten heeft die kunnen wijzen op een beroerte. Denk aan:

  • een scheve mond;
  • verlamming of een verdoofd gevoel in een arm en/of been;
  • niet uit je woorden kunnen komen, verwarde spraak;
  • plotseling ernstige slikproblemen;
  • dubbel zien;
  • hevige duizeligheid;
  • coördinatie- of evenwichtsproblemen.

Revalidatie
Meteen na het ontstaan van uw CVA wordt er gestart met uw revalidatie. De lichaamsverzorging op de badkamer, het smeren van uw brood, een gesprekje voeren en therapie van de fysiotherapeut, ergotherapeut of logopediste zijn enkele voorbeelden hiervan. Ook muziektherapie valt hieronder; het luisteren van 1-2 uur muziek in de eerste 2 maanden na uw CVA, bevorderd het herstel.

Gevolgen

Er kunnen lichamelijke gevolgen zijn:

  • Halfzijdige verlamming
  • Niet goed kunnen lopen/ evenwichtsproblemen
  • Arm niet goed kunnen gebruiken
  • Een scheve mond/ onduidelijk spraak
  • Gevoelsstoornissen/ waarneemstoornissen
  • Gezichtsveld uitval (hemianopsie)

Er zijn ook minder zichtbare gevolgen:

  • Moeite met onthouden/ concentratie
  • Moeite met plannen
  • Moeite met spreken of begrijpen (afasie)
  • Slikproblemen
  • Verstoorde prikkelverwerking
  • Vermoeidheid

‘Vermoeidheid komt vaak voor na een CVA, zowel lichamelijke als mentale vermoeidheid. Herstel kost energie en tijd.’

Veranderingen in gedrag en emoties kunnen ook optreden:

  • Impulsiviteit
  • Sneller huilen
  • Ontremd in gedrag en spraak
  • Seksualiteit en intimiteit

Natuurlijk hoeven niet alle gevolgen bij u aanwezig te zijn. Een CVA geeft restverschijnselen. De kans op herstel is groter als er zo snel mogelijk wordt gestart met behandelen en revalideren. Meteen bij opname op de BCU wordt daarmee gestart.

Risico factoren

Onderstaande factoren kunnen de kans op een (recidief) CVA vergroten:

  • Verhoogde bloeddruk
  • Hartritmestoornissen
  • Hoog cholesterol
  • Roken
  • Te weinig lichaamsbeweging
  • Overgewicht
  • Jicht/ Reuma
  • Suikerziekte (Diabetes Mellitus)
  • Anticonceptie pil
  • Familiaire belasting
  • Slaapapneu

Uw behandelend arts kan u vertellen welke risicofactoren bij u van toepassing zijn.

‘Wist u, als u stopt met roken, na 2 weken de bloedvaten zich al aan het herstellen zijn?’

Behandelteam Neurologie

U bent opgenomen op de Brain Care Unit (BCU). Hier verblijft u (meestal) 24-48 uur, waarna u verhuist naar de verpleegafdeling.

De Brain Care Unit is een gespecialiseerd stuk van afdeling neurologie waar onderzoeken, monitoring, therapie en behandeling plaatsvindt door onderstaand behandelteam. De volgende behandelaars zijn bij u betrokken:

  • Neuroloog & Physician Assistent
  • Neurologie verpleegkundige
  • Fysiotherapeut
  • Logopedist
  • Ergotherapeut
  • Diëtist
  • Medewerker nazorgteam
  • Revalidatie arts
  • Geestelijke verzorging

Neuroloog & Physician Assistent

Op de Brain Care Unit en afdeling neurologie zijn de neuroloog en de physician assistent verantwoordelijk voor de dagelijkse medische zorg. Samenwerking en intensief overleg met betrokken therapeuten en behandelaars is van essentieel belang. Daarom vindt er wekelijks multidisciplinair overleg plaats, waar de voortgang en behandeling van de patiënt besproken wordt. Het verstrekken van medische informatie aan u en uw naasten is een belangrijk onderdeel van hun taken.

Neurologie verpleegkundige

De Neurologie verpleegkundige observeert, coördineert en verleent aan u zorg. Zij zijn voor u en uw naasten belangenbehartigers. Ze werken intensief samen met het voltallige behandelteam. Op afdeling neurologie zijn neurologie- verpleegkundigen, verpleegkundigen, ziekenverzorgenden en stagiaires werkzaam.

Fysiotherapie

De fysiotherapeut onderzoekt kracht, coördinatie, gevoel, balans, het in en uit bed komen en de manier van lopen bij u, na het doormaken van het CVA. Met als doel de beperkingen op te heffen, te verminderen en de mobiliteit te verbeteren. Naar aanleiding van de bevindingen vindt verdere behandeling plaats. Ze geven advies over veilig bewegen eventueel met hulpmiddelen of ondersteuning van andere personen. Oefeningen die u zelf of samen met uw naasten kan uitvoeren worden met u besproken. Deze ontvangt u als aanvulling achter in deze gids of u ontvangt de oefengids. De fysiotherapeut begeleidt u in de eerste fase van het herstel en bespreekt samen met de andere therapeuten/behandelaars wat de beste revalidatiesetting/ontslagbestemming is. Maar ook het inzetten van fysiotherapie thuis is een onderdeel daarvan.

Logopedie

De logopedist onderzoekt, adviseert en begeleidt patiënten en naasten ter ondersteuning van het medisch traject wanneer er problemen zijn op het gebied van slikken, stem, spraak, taal en of veranderingen in het hoofd-halsgebied. De volgende klachten kunnen voorkomen:

  • Aangezichtsverlamming
  • Slikstoornissen
  • Spraakstoornissen
  • Taalstoornissen

Oefeningen die u zelf of samen met uw naasten kan uitvoeren worden met u besproken.

Ergotherapie

Na een CVA kan het bewegen, het denken en het waarnemen veranderd zijn. Tijdens het uitvoeren van uw dagelijkse activiteiten kunt u merken dat deze niet meer zo vanzelfsprekend zijn en gemakkelijk gaan als voor het CVA. Bijvoorbeeld moeilijker aan- en uitkleden, uw brood smeren/snijden, lezen, bedienen van telefoon/computer, maaltijd koken of werken. Een ergotherapeut bekijkt samen met u welke belemmeringen u ervaart in de dagelijkse activiteiten die voor u belangrijk zijn en hoe deze te verminderen of handelbaar te maken.

De aandachtsgebieden vanuit de ergotherapie zijn gericht op:

  • Energiemanagement
  • Cognitie (het denkvermogen)
  • Informatieverwerking
  • Aandacht
  • Geheugen
  • Planning en uitvoering

Wist u dat vermoeidheid een veel voorkomende klacht is na een CVA en dat deze langdurig kan aanhouden?

Diëtist

Voor een goed herstel is het belangrijk dat u een goede voedingstoestand heeft en kunt behouden. Afvallen bij ziekte mag niet gebeuren, daarom wordt uw gewicht in de gaten gehouden. De diëtist bekijkt of de voedingsinname voldoende en van de juiste samenstelling is en zo nodig wordt de voeding aangepast.

Medewerker nazorgteam

Als u het ziekenhuis mag verlaten en u heeft zorg nodig dan komt een medewerker van het nazorgteam bij u (en uw naasten) langs. Zij bespreekt samen met uw therapeuten/behandelaars welke zorg het beste bij u past. Zij bespreekt dit met u (en uw naasten) en zal de nazorg in gang zetten. Dit kan hulp zijn bij de lichamelijke zorg als u naar huis gaat maar ook het regelen van een verblijfplaats in een revalidatiesetting valt hieronder.

Revalidatie arts

Wanneer er mogelijkheid is tot Medische Specialistische Revalidatie (MSR) zal de neuroloog vragen of de revalidatie arts u en uw naasten bezoekt en in gesprek gaat. De revalidatie arts bepaald of u in aanmerking komt voor MSR en zal u en uw naasten verder begeleiden in dit traject.

Geestelijke verzorging

Het doormaken van een CVA is ingrijpend en vragen oproepen over kwetsbaarheid, toekomstperspectief of zelfs de zin van het leven. U kan (eventueel samen met uw naasten) beroep doen op de geestelijk verzorger om het CVA en de gevolgen daarvan in relatie tot het perspectief van het leven te plaatsen. Via de verpleegkundige kunt u vragen of de geestelijke verzorger bij u lang komt.

Naasten
Als naaste speelt u een belangrijke rol in het contact met therapeuten en de behandelaars. Vooral in de eerste dagen na het CVA bent u de ambassadeur of regisseur voor de patiënt.

Wat kunt u doen als naaste?

  • Als u de indruk krijgt dat het te druk is voor de patiënt mag u dat gerust aangeven bij de verpleegkundige. Als door de patiënt het bezoek te druk wordt ervaren, probeer als naaste te kijken wat voor oplossing daarvoor te bedenken valt.
  • Vraag op de afdeling bij wie u terecht kunt met vragen. Noteer afspraken, maak notities en zet vragen in uw Informatiegids en uw agenda. Maak een logboek voor uzelf, de patiënt en overige naasten. Zorg ervoor dat u bij de gesprekken met therapeuten/ behandelaars aanwezig bent. Als u er niet bij aanwezig kunt zijn, vraag aan de verpleegkundige een verslag van het gesprek.
  • Bespreek met therapeuten/ behandelaars wat er van u als naasten wordt verwacht. Geef aan wat u zelf kunt en wil doen in de zorg voor de patiënt tijdens opname maar ook na ontslag uit het ziekenhuis. Vraag aan de verpleegkundige waar u ondersteuning bij kunt krijgen.
  • Maak gebruik van het Mantelzorg-Meekijkmoment. U kunt zich hiervoor aanmelden bij de verpleegkundige.
  • Bij vragen als de patiënt weer thuis is kunt u bellen met de CVA-wijkverpleegkundige van Zorgboog of Savant Zorg of uw huisarts. Zij begeleiden u en weten waar ze u naar kunnen verwijzen.
  • Er zijn bijeenkomsten voor mensen die in dezelfde situatie zitten. In deze bijeenkomsten kunt u uw ervaringen met die van anderen delen en elkaar om tips vragen of troost vinden. 
  • Als de fysiotherapeut, logopediste of ergotherapeut oefeningen aan de patiënt heeft gegeven, oefen deze dan samen.
  • Probeer niet teveel alledaagse dingen van de patiënt over te nemen, elke kleine activiteit is een ‘mini’ therapie/oefening en een stap vooruit.

Het is mogelijk om met de therapeuten mee te kijken. Dit heet een Mantelzorg-Meekijkmoment en wordt door fysiotherapie, ergotherapie en logopedie gedaan. U kunt op eigen verzoek hiervoor een afspraak maken via de verpleegkundige of de therapeut wil graag een afspraak met u als naasten maken om u tips en adviezen te geven voor de patiënt thuis.

Ontslag & Nazorg

Ontslag
Als alle onderzoeken zijn afgerond en de bij u betrokken therapeuten/behandelaars een behandelplan bij u hebben opgesteld, volgt er een gesprek met de neuroloog of physician assistent. Daarin wordt alles omtrent uw opname/ CVA met u en uw naasten besproken. Samen met u bekijken we wat voor u de beste manier van nazorg/revalideren is bij ontslag uit het ziekenhuis.

Bij ontslag uit het ziekenhuis krijgt u een vervolgafspraak bij de neuroloog en eventueel met andere therapeuten/behandelaars. Zo nodig volgt er ook een afspraak bij de vaatrisico-polikliniek.

Een afspraak bij de vaatrisico-polikliniek kan nodig zijn om risicofactoren bij vaatproblematiek te inventariseren. Dit is nodig om een herhaling van het CVA te voorkomen. Ook wordt alles rondom uw CVA nog eens geëvalueerd en het gebruik van medicatie met eventuele bijwerkingen besproken.

Nazorg

De medewerker van het nazorgteam bespreekt samen met uw neuroloog/physician assistent, de verpleegkundige en de therapeuten/ behandelaars welke zorg het beste bij u past. De medewerker van het nazorgteam zal dit met u en uw naasten bespreken en de nazorg in gang zetten.

Thuis herstellen
Als u naar huis kunt, bespreekt de medewerker van het nazorgteam samen met u en uw naasten of u ondersteuning nodig heeft in uw eigen omgeving.

Het kan gaan om mantelzorg en thuiszorg zoals hulp bij wassen, aankleden, inzet van hulpmiddelen, maar ook om therapie zoals fysiotherapie, ergotherapie of logopedie. De ondersteuning/therapie wordt vanuit het ziekenhuis opgestart, de medewerker van het nazorgteam of de verpleegkundige bespreekt met u hoe u dit zelf kunt regelen.

Daarnaast wordt u door de verpleegkundige aangemeld bij de CVA-wijkverpleegkundige van Zorgboog of Savant Zorg. De CVA-wijkverpleegkundige neemt binnen 2 weken na ontslag contact met u en uw naasten op om een afspraak te maken voor een huisbezoek. Het is belangrijk als uw naaste bij het huisbezoek aanwezig is. Zijn er voor het huisbezoek van de CVA-wijkverpleegkundige vragen, neem laagdrempelig telefonisch contact op met de CVA-wijkverpleegkundige, zij helpt u verder. Voor meer informatie over de CVA-wijkverpleegkundige, zie:

Opname voor revalidatie
Wanneer u nog niet naar huis kunt, wordt u na overleg aangemeld voor een revalidatiecentrum. Doel van de revalidatie is een zo goed mogelijke terugkeer naar huis.Tijdens de opname wordt bekeken welke vorm voor u het beste is:

  • Geriatrische Revalidatie Zorg
    Dit is een vorm van revalidatie bedoeld voor ouderen en/of minder vitale patiënten. De aanmelding hiervoor gebeurd door de medewerker van het nazorgteam, dit wordt met u en uw naasten besproken.
  • Langdurige opname in een verpleeghuis
    Als revalidatie niet meer mogelijk is, zal een langdurige (of blijvende) opname in een verpleeghuis geadviseerd worden. De aanmelding hiervoor wordt verzorgd door de medewerker van het nazorgteam.
  • Medisch Specialistische Revalidatie
    Dit is een vorm van revalidatie in een revalidatiecentrum geschikt voor patiënten die een hoger tempo van revalideren aankunnen en terug kunnen naar hun eigen woonomgeving. De beoordeling of u hiervoor in aanmerking komt en de aanmelding hiervan wordt gedaan door de revalidatie arts.

Leefregels & Veel gestelde vragen

Leefregels
Nadat u een CVA heeft doorgemaakt is het van belang de volgende leefregels in acht te nemen om de kans op een nieuw CVA te verminderen:

Behandel hoge bloeddruk
Hoge bloeddruk (hypertensie) is een van de belangrijkste oorzaken van een CVA. De neuroloog of physician assistent kan u adviseren:

  • Uw dieet aan passen
  • Regelmatig te bewegen
  • Therapietrouw medicatie in te nemen.

Over het algemeen gebeurt de behandeling van een hoge bloeddruk door de huisarts. 

Verlaag uw cholesterol
Als uw cholesterolgehalte hoog is, heeft u een verhoogde kans op een CVA. Het verlagen  van uw verhoogde cholesterol kan het risico op een nieuw CVA beperken. Advies:

  • Meer bewegen
  • Uw dieet aanpassen

Wie een CVA heeft doorgemaakt, krijgt daarnaast vaak cholesterolverlagende medicijnen voorgeschreven. 

Stop met roken
Roken geeft meer kans op het krijgen van hart- en vaatziekten en dus ook op een CVA. Roken verdubbelt het risico van een CVA zelfs. Als u vandaag stopt met roken, daalt de kans op een nieuw CVA onmiddellijk.

Het is niet gemakkelijk om te stoppen met roken, maar het is zeker mogelijk! De verpleegkundige kan u verder adviseren indien u ondersteuning wenst bij het stoppen met roken. Ook kan het Leefstijlloket u adviseren wie u daarbij kan ondersteunen.

Wist u dat roken het risico op een (recidief) CVA verdubbeld?

Beweeg voldoende
Voldoende bewegen heeft een bloeddrukverlagend en cholesterolverlagend effect. Dit verkleint de kans op hart- en vaatziekten en het risico op het krijgen van een nieuw CVA. Voor uw gezondheid is het goed om dagelijks 30 minuten te bewegen, met een matige tot redelijke inspanning. Dit kan 30 minuten aaneengesloten zijn maar 3 keer 10 minuten is ook goed. Het is hierbij belangrijk om het rustig op te bouwen en iets te vinden dat bij u past.Het hoeft niet het beoefenen van een bepaalde sport te zijn; wandelen naar de winkel voor de dagelijkse boodschappen kan ook!

Eet gezond
Een hoog cholesterolgehalte, een hoge bloeddruk en overgewicht zijn allemaal risicofactoren voor het krijgen van een CVA. Gezond eten heeft invloed op al deze factoren. Het is belangrijk om gevarieerd te eten. Het Voedingscentrum geeft over dit onderwerp informatie.

Matig uw alcoholgebruik
Alcohol kan een wisselwerking hebben met bepaalde medicijnen. Vraag daarom aan uw arts of apotheker of de medicijnen die u gebruikt wel samen kunnen gaan met alcohol. Beperk alcoholinname, advies:

  • Een man maximaal 2 glazen alcohol per dag.
  • Een vrouw maximaal 1 glas alcohol per dag.

Veel gestelde vragen

Wanneer mag ik weer autorijden?
Een aandoening aan de hersenen kan gevolgen hebben voor uw rijvaardigheid. U mag niet autorijden tot aan de polikliniek afspraak met de neuroloog, tenzij er op de afdeling samen met de neuroloog of physician assistent iets anders afgesproken is (minimaal 2 weken). De neuroloog bepaalt het verdere traject m.b.t. autorijden. Voor meer informatie kijk op de website van het cbr.nl

Wie beroepschauffeur is van een auto, vrachtwagen of bus mag na een CVA 4 weken lang geen beroepsmatig gebruik maken van dit voertuig. Dat geldt voor taxichauffeurs, voor chauffeurs van busjes voor personenvervoer, maar ook voor rijlesinstructeurs. Daarnaast is het ook niet toegestaan om te rijden in een vrachtwagen en bus voor een periode van 4 weken.

Wist u dat u de eerste 2 weken na uw CVA geen motorvoertuig mag besturen?

Wanneer mag ik weer aan het werk?
Afhankelijk van de restverschijnselen van uw CVA en het soort werk dat u doet bepaald wanneer u weer aan het werk kunt gaan. Als u zich goed voelt is er tegen werkhervatting meestal geen bezwaar. Bouw uw uren langzaam op, verdeeld over de dagen van de week. Soms merkt u op het werk pas dat bepaalde werkzaamheden niet goed lukken. Het is belangrijk om dat met de huisarts, bedrijfsarts, CVA-wijkverpleegkundige, ergotherapeut of neuroloog te bespreken.

Mag ik vliegen?
Als uw situatie na het CVA stabiel is, loopt u geen extra risico als u gaat vliegen. Bij twijfel kunt u overleggen met uw neuroloog.

Kan een CVA van invloed zijn op seksualiteit en intimiteit?
Door het CVA of door gebruik van medicatie kunnen er veranderingen optreden in de seksualiteit/intimiteit. U kunt dit bespreken met uw neuroloog of met de CVA- wijkverpleegkundige. Verandering in seksualiteit/intimiteit komt veel voor en is ingrijpend. Soms kan een verwijzing naar een psycholoog of seksuoloog u helpen.

Hoe kom ik in contact met lotgenoten?
Het kan fijn zijn om ervaringen te delen of tips te krijgen hoe een lotgenoot met een bepaalde beperking om gaat. Maar ook voor uw naasten kan het fijn zijn (h)erkenning te vinden bij lotgenoten voor mantelzorgers.

CVA-wijkverpleegkundige:
Zorgboog           T: 0900-8998636
Savant Zorg       T: 0492-572000

Voor de regio Oss, Uden-Meijerstad is er via de verpleegkundige een telefoonnummer of e-mailadres beschikbaar.

Telefoonnummers

Steunpunt Mantelzorg
Helmond                      0492 - 59 89 89
Laarbeek                     0492 - 32 88 00
Asten-Someren           0493 - 44 12 34
Deurne                        0493 - 35 25 00
Gemert-Bakel              0492 - 36 30 26

Websites

 Achtergrondinformatie over het CVA en de gevolgen

Websites voor informatie of regelen van hulp

Websites voor regelen informele hulp/ mantelzorgers

Notities

......................................................................................................................................................................

......................................................................................................................................................................

.......................................................................................................................................................................

.......................................................................................................................................................................

Contact


Polikliniek Neurologie

Locatie Helmond
T: 0492 – 59 59 54

Locatie Deurne
T: 0493 – 32 89 14


© 2025 Elkerliek ziekenhuis
NEU
Laatst bewerkt: 28-1-2025