logo

Autorijden na een TIA of CVA (beroerte)



Een aandoening aan de hersenen kan gevolgen hebben voor uw rijvaardigheid. Omdat u een TIA (voorbijgaande beroerte) of CVA (beroerte) heeft doorgemaakt, vraagt u zich mogelijk af of u nog een voertuig mag besturen. In deze folder geven wij u in het kort informatie over de regelingen die hiervoor gelden. Voor meer informatie over uw persoonlijke situatie kunt u overleggen met uw behandelende arts of het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). 

Het CBR heeft eisen gesteld aan de geschiktheid voor autorijden van mensen die een TIA of CVA hebben gehad. Of u mag deelnemen aan het verkeer wordt door het CBR beoordeeld.  

Autorijden na een TIA

Bestuurders van personenauto’s en motoren mogen na een TIA 2 weken hun voertuig niet besturen. Na een TIA bent u 4 weken ongeschikt om beroepsmatig te rijden. Dat geldt voor taxichauffeurs, voor chauffeurs van busjes voor personenvervoer, maar ook voor rijlesinstructeurs. Na beide periodes kunt u weer geschikt worden verklaard als uit het neurologisch rapport blijkt dat u vrij bent van geestelijke of lichamelijke functiestoornissen. Hoe u de procedure moet starten staat onder het kopje ‘Eigen verklaring’.  

Autorijden na een CVA 

Bestuurders van personenauto’s en motoren mogen na een CVA 2 weken hun voertuig niet besturen. Na deze periode kunt u weer geschikt worden verklaard als uit het neurologisch rapport blijkt dat u vrij bent van geestelijke of lichamelijke functiestoornissen. Bestaan er na 2 weken nog geestelijke of lichamelijke functiestoornissen, dan blijft u ongeschikt tot 3 maanden na het ontstaan van het CVA. Na die termijn is een specialistisch rapport, opgesteld door een neuroloog of een revalidatiearts, vereist. Wanneer in die verklaring nog sprake is van geestelijke of lichamelijke functiestoornissen, is een rijtest noodzakelijk. Daaruit volgt een advies en mogelijke technische aanpassingen aan uw auto. Wanneer u weer toestemming krijgt om te rijden dan zal deze zich beperken tot privégebruik. 

Wie beroepschauffeur is van een auto, vrachtwagen of bus mag na een CVA 4 weken lang geen beroepsmatig gebruik maken van dit voertuig. Dat geldt voor taxichauffeurs, voor chauffeurs van busjes voor personenvervoer, maar ook voor rijlesinstructeurs. Daarnaast is het ook niet toegestaan om te rijden in een vrachtwagen en bus voor een periode van 4 weken. Na deze periode kunt u weer geschikt worden verklaard als uit het neurologisch rapport blijkt dat u vrij bent van geestelijke of lichamelijke functiestoornissen. Hoe u de procedure moet starten staat onder het kopje ‘Eigen verklaring’. 

Melding 

Het is uw eigen verantwoordelijkheid het CBR te melden dat u een CVA hebt gehad. Bij een TIA geldt dit alleen als u beroepsmatig chauffeur bent. 

Eigen verklaring

U vult het formulier ‘Eigen verklaring’ in om de procedure te starten bij het CBR. Het formulier ‘Eigen verklaring’ is te koop bij de gemeente in uw woonplaats of bij het CBR. De kosten hiervoor en de kosten die aan de rijbewijskeuring verbonden zijn, zijn voor uw eigen rekening. Kort samengevat geldt voor u het volgende:

  • Koop een ‘Eigen verklaring’ bij de gemeente en vul deze in. Daarin geeft u aan dat u een TIA of CVA hebt gehad. Uw huisarts of behandelend arts moet deze aanvraag controleren en op dit formulier een aantekening maken van de datum, de aard en ernst ervan.
  • Stuur de ‘Eigen verklaring’ met een kopie van uw legitimatiebewijs op naar het CBR.
  • U ontvangt bericht van het CBR over uw rijgeschiktheid.
  • Het kan zijn dat een aanvullende rijtest nodig is. Ook kan het zijn dat het CBR nog een aanvullende keuring van een onafhankelijk neuroloog nodig heeft. De neuroloog keurt u dan nog apart en stuurt een keuringsformulier op naar het CBR. 

Elke persoon is anders. De beoordeling van uw rijvaardigheid hangt van uw persoonlijke situatie af.  

Vragen

Zijn er na het lezen van deze folder nog onduidelijkheden dan kunt u voor meer informatie terecht bij het CBR, telefoonnummer 0900-0210. 


© 2024 Elkerliek ziekenhuis
NEU-40998
Laatst bewerkt: 7-3-2024